Het Scheppingsverhaal van Eth, deel 7: Oog in oog met de vijand
Rodu lag hoog in de boom in zijn nest. Hij voelde zich alsof er een rotsblok bovenop hem was gevallen. Zijn hele lichaam deed pijn. Het was alsof de dag nacht was geworden en de duisternis het licht verdrong. Hoestend keek de Arend naar de donkere wolken die voorbij dreven, verlangend om te gaan vliegen, maar het optillen van een vleugel was al teveel. Hij keek over de rand van het nest naar beneden en zag daar Mawi liggen, het Damhert. Mawi was één van de dieren die Rodu opleidde als leraar in de wijsheid van Eth. De witte stippen op haar vacht zagen er nu grauw uit. Ook Mawi was ziek.
Rodu was bezorgd, de wereld was al een jaar lang overgenomen door een aanval van een nieuw soort Schaduwspin. Dieren werden bij bosjes ziek en velen stierven. Degenen die overleefden, waren soms nog maandenlang erg zwak. Kwade tongen beweerden dat deze Schaduwspinnen ingezet werden in de oorlog die nog steeds gaande was. De Stam van de Reuzenschildpadden was hard geraakt: een van hun leiders was overleden aan de ziekte. En nu bleef ook de Stam van Eth niet meer buiten schot.
Rodu had al gevochten met de Schaduwspinnen en een gat geslagen in hun gelederen. Hij realiseerde zich terdege dat hij nog niet precies wist hoe hij deze nieuwe Schaduwspinnen kon verslaan, maar wat hij wel wist was dat liefde belangrijk was in het proces van bestrijding en herstel van de ziekte. Hij zei tegen Paard Hager: “We zitten er middenin, we worden erdoor getroffen, maar we zijn tegelijkertijd het lichtpunt.” Hij keek weer naar Mawi die was opgeleid door Reps en had gewerkt in de holen waar dieren tegen zichzelf werden beschermd. Mawi voelde zoveel liefde voor de wijsheid van Eth dat zij een van de dieren was die ervoor hadden gezorgd dat deze kennis nu in de holen van Reps werd toegepast.
Rodu dacht aan de leraren die zoveel voor hem betekenden: Mili, Hager, Dovcra en Alar en nu ook de nieuwelingen Mawi, Angro en Anvli. Als Tijgerin zwierf Angro lange tijd in haar eentje de wereld rond op zoek naar kennis. Zij had de Stam van Eth al lang geleden ontmoet en was steeds meer gefascineerd geraakt door haar wijsheid. Rodu leidde haar op als leraar, wetend dat zij veel dieren uit andere stammen zou kunnen bereiken, omdat zij op haar reizen vele talen had geleerd.
Anvli was een Zalm die niets liever deed dan de wereld rondtrekken via het water om op die manier de wijsheid van Eth te delen. Nu kon dat niet omdat het dieren verboden was te reizen. Zo poogden de heersers van de stammen te voorkomen dat de ziekte zich ongeremd over de wereld zou verspreiden. Roodborstje Dovcra en Anvli hadden geleerd hoe ze de kennis konden overdragen via het netwerk van de wortels van bomen en planten: het wood wide web. Honderden dieren hadden contact met hen opgenomen via dit netwerk om te horen over de wijsheid van Eth. Ze waren geïnteresseerd, maar veel dieren isoleerden zich omdat ze bang waren voor de ziekte. Zij durfden de lessen nog niet te gaan volgen. Toch hadden Rodu en de zijnen een groep leerlingen bij elkaar. Zij lieten zich niet stoppen door de Schaduwspinnen.
Tijdens zijn ziekte blikte Rodu terug op de afgelopen twintig jaar, waarin hij vele dieren had opgeleid om anderen te bevrijden van hun pijn. Wat een prachtige ontwikkeling! Wat hadden ze hard gewerkt. Al het wachten en al het geduld waren niet voor niets geweest. Ze hadden oude structuren losgelaten en die hadden plaatsgemaakt voor tal van nieuwe mogelijkheden en technieken. Nog een beetje wankel stond de Arend op en ging op de rand van zijn nest staan. Hij spreidde zijn vleugels in een allesomvattend gebaar van liefde en dankbaarheid in de wetenschap dat hij binnenkort weer zou vliegen.
Lees ook de eerdere delen van het Scheppingsverhaal van Eth: 1. Het Scheppingsverhaal van Eth: Een waargebeurd sprookje 2. Het Scheppingsverhaal van Eth: Eth's evolutie 3. Het Scheppingsverhaal van Eth: Het verhaal van Reps en Ips 4. Het Scheppingsverhaal van Eth: Het kroningsfeest 5. Het Scheppingsverhaal van Eth: De grote samenkomst
Commentaires